Vrouwenwerk
“Vandaag gaan we een nieuwe bakopdracht uitvoeren dat te maken heeft met ons lesdoel basisdeeg maken”, zeg ik aan het begin van de praktijkles tegen mijn mentorklas van het tweede leerjaar. “En wat nog meer?”, vraagt een leerling. “Er staat ook een schoonmaakopdracht op het programma. Deze middag gaan we ons vooral richten op de juiste volgorde bij het schoonmaken van een vloer”, vertel ik. “Neeeee! Dat is vrouwenwerk!”, roept een jongen uit. Ik grinnik en de andere klasgenoten lachen hard mee. Deze reactie had ik al wel een beetje verwacht. Elk jaar zit er weer een jongen tussen die bij iedere schoonmaakopdracht verbaal weerstand biedt. Ik besluit er op dit moment geen verdere aandacht aan te besteden.
Zo’n twee uur verder en de geur van heerlijke deegbodems komt de oven uit! De leerlingen hebben geconcentreerd gewerkt om het juiste resultaat op tafel te kunnen zetten. Ze mogen zelf de keuze maken; eerst wat proeven van hun gemaakte recept of juist eerst de boel opruimen. Het verbaast me dat de jongen met de grootste weerstand als eerste een dweilstok pakt! “Dit moest ik toch doen?”, vraagt hij terwijl hij de stok in de lucht zwiept. “Jazeker”, antwoord ik hem blij, “maar zullen we eerst de volgorde van het schoonmaken eens doornemen?”. Er klinkt een zucht en de jongen vraagt zich af waarom het allemaal zo precies moet.
Terwijl mijn collega-assistente de andere leerlingen begeleidt, heb ik mooi even de tijd om het gesprek aan te gaan met deze jongen. Ik ben benieuwd waar zijn weerstand vandaan komt. Natuurlijk snap ik dat dit onderdeel van de praktijkles hem meer energie kost. Bij meiden gaat het schoonmaken meestal meer vanzelf, omdat ze het vanuit huis hebben meegekregen. Zijn eerste, ietwat onverschillige reactie: “Ik vind het gewoon allemaal een beetje onzin”. “Want… zonder schoonmaken blijft het ook wel netjes?” reageer ik. Eerst komt hij nog met wat argumenten dat zijn moeder thuis alles doet en hij later misschien wel een vrouw krijgt die deze taken kan doen. Als we er wat verder over doorpraten, merk ik dat hij het stiekem zelf ook wel handig vindt om wat schoonmaakwerk op te kunnen pakken. Van zijn ouders moet hij iedere dag meehelpen met de afwas, want ze willen hem graag een stukje zelfstandigheid meebrengen als hij in de toekomst op zichzelf gaat wonen. Daarnaast wordt er op stage ook verwacht dat hij kan opruimen en schoonmaken.
Langzaamaan, terwijl we ondertussen samen de vloer geveegd hebben en het dweilsopje klaar hebben gezet, zie ik een gewillige leerling voor mij. Zijn weerstand had vooral te maken met het feit dat hij niet helder had hoe hij zijn taak moest aanpakken. Door het stapje voor stapje samen te doen, wil ik hem meer zekerheid geven en weet hij de volgende keer beter wat hem te wachten staat.
Vrouwenwerk? Als vrouwelijke docent ben ik maar wat blij dat ik jongens mag begeleiden in huishoudelijke taken. Echt, daar hebben ze nu én later alleen maar gemak van! Na afloop ben ik als mentor dubbel zo trots als ik ook de jongens heb weten te enthousiasmeren.
Getrude Hoogerland is docent Praktijkonderwijs op een middelbare school. Nieuwsgierig of het onderwijs iets voor jou is? Lees meer informatie over het vak op onze website of neem contact op!